Informatief overzicht kapellen Kunst van het geloven
Nepomuk kapel
Gegevens Website: http://www.nepomukboxmeer.nl Adres: Veerstraat 51, Boxmeer |
Contactpersoon KvhG: Ton de Kok
|
Achtergrondinformatie: Aan het begin van de oprijlaan naar het kasteel (aan de Veerstraat) staat de Nepomukkapel, genoemd naar de Tsjechische heilige Johannes Nepomuk, die als beschermer tegen de gevaren van het water wordt gezien. De kapel stamt uit 1737 en is daarmee ouder dan het restant van het huidige kasteel. De douarière gravin Van den Bergh-Hohenzollern-Sigmaringen heeft de kapel opgericht ter vervanging van de oude kapel op het kasteelterrein zelf. Die oude kapel werd in de eerste helft van de achttiende eeuw afgebroken, bij de verplaatsing van de toegang tot het kasteel van het noorden naar het westen. Vrijwel direct nadat de kapel was ingewijd, kregen de Karmelieten de mogelijkheid er één keer per week de mis te lezen. Verder werd de kapel aangedaan tijdens de Vaart. De kapel had zo een duidelijke plaats in het Boxmeerse religieuze leven. Na de komst van de Fransen in 1795 werd de afspraak met de Karmelieten verbroken. Begin 1800 werd de kapel eigenlijk nergens meer voor gebruikt. De protestanten deden daarom een (vergeefse) poging de kapel te mogen gebruiken voor hun eredienst. In 1840 kwam de kapel onder het beheer van de Karmelieten, die het gebouw min of meer verwaarloosden. In 1973 is de kapel helemaal gerestaureerd en voorzien van zes gebrandschilderde ramen van het atelier Van de Griendt. Tegenwoordig heeft de Historische Vereniging Nepomuk de kapel in gebruik. |
|
Interieur De kapel is door zijn grote lichte glas-in-loodramen een van de lichtste locaties van Kunst van het geloven. Terwijl er normaliter een grote houten tafel met stoelen en vitrines in de ruimte staan, is voor de expositie volledige ontruiming mogelijk. Het centrale punt in de kapel vormt een 18e-eeuwse houten altaar-retabel die in gemarmerde stijl is uitgevoerd met engelen en een schilderij waarop de marteldood van Johannes is afgebeeld. Boven de binnenkomsthal is een koor waar tevens gebruik van gemaakt kan worden en die veelal als goed overzichtspunt dient.
|
St. Janstoren
Gegevens Adres: Grotestraat 63, Sambeek |
Contactpersoon KvhG: Leo Kranendonk |
Achtergrondinformatie: De Sint-Janstoren in Sambeek is een van de oudste bouwwerken van de regio. In 1486 werd met de bouw ervan begonnen, in 1532 was de toren gereed. Rampen en oorlogsgeweld zijn de toren in zijn nu 526-jarig bestaan niet bespaard gebleven. In 1702 sloeg de bliksem in het circa 47 meter hoge gebouw. Niet alleen de toren zelf brandde uit, ook de kerk die er tegenaan stond liep zware schade op. Pas in 1739 kon de toren worden hersteld. De kerk stond er troosteloos bij tot ongeveer 1800. In september en oktober 1944 probeerden Duitse militairen de Sint-Janstoren op te blazen. Dat lukte echter niet. Wel kwamen er in de vier muren grote scheuren van boven naar beneden. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog is de toren bij twee restauraties weer in oude luister hersteld. In 2012 is er een nieuwe grootscheepse restauratie uitgevoerd. Elk jaar opnieuw, bij het aanbreken van de zomer versieren inwoners van Sambeek hun woningen met zelf vervaardigde kransen of trossen van bloemen. Deze zogeheten Sint Janskransen of -trossen worden elk jaar vlak vóór het feest van Johannes de Doper op het kerkplein aan de voet van de toren gewijd. Het maken en wijden van Sint Janskransen is in 1936 door de toenmalige pastoor Jan van Berkel ingevoerd en een mooie traditie is daardoor behouden. |
Het Kloosterhuis
Gegevens Website: http://hetkloosterhuis.nl Adres: Grotestraat 69, Sambeek |
Contactpersoon KvhG: Lianne van den Bogaard |
Achtergrondinformatie: In 1874 verhuis Het grootste deel van het huis en de boerderij wordt bewoond door mensen die zich aan de doelstelling van de stichting verbonden hebben. Ze bewonen aparte wooneenheden, acht in getal, en hebben veelal werk buiten het klooster. In hun vrije tijd dragen zij zorg voor de realisering van de doelstelling. Daarnaast zijn er vier eenheden voor kamerbewoners en zes gastenkamers. Gasten van Het Kloosterhuis zijn mensen die tijdelijk onderdak zoeken. Dat kan zijn omdat er problemen thuis zijn, omdat ze een periode van ‘huisloosheid’ moeten overbruggen, of omdat ze gewoon even tot rust willen komen. De gasten beschikken over een gemeubileerde kamer en delen met elkaar keuken, huiskamer en toiletruimten. In de boerderij zijn vier appartementen gerealiseerd waarin mensen met een verstandelijke beperking zelfstandig en toch beschermd wonen. De kapelvleugel, met de neogotische kapel, werd in 1882, en de oost- en zuidvleugel in 1888 toegevoegd door architect Kayser, in neogotische stijl. Deze vleugels zijn wat meer versierd dan het oudste gedeelte (spitsboognissen in de topgevels, siermetselwerk in de bogen boven de vensters, een gemetseld fries onder de dakrand zoals gebruikelijk in de regio), maar nog altijd relatief sober, in overeenstemming met het karakter van de Orde. |
|
Interieur: De expositieruimte omvat de hierboven beschreven neogotische kapel. De kapel wordt gekenmerkt door een in spitsbogen verwerkt metselwerk glas-in-loodraam met religieuze afbeelding die afsteekt tegen een rode muur. Op de aansluitende witte muren zijn er links reliëfs en restanten van muurschilderingen aanwezig en rechts grote hoge ramen. Het altaar van het kloosterhuis staat momenteel achterin de zaal waardoor de marmeren verhoging onder het glas-in-loodraam geheel vrij is. Het verdere interieur van de kapel bestaat uit twee rijen kerkbanken waartussen een pad loopt. |
Het Kloosterhuis – De Graftombe
Gegevens Website: http://hetkloosterhuis.nl Adres: Grotestraat 69, Sambeek |
Contactpersoon KvhG: Leo Kranendonk |
Achtergrondinformatie: De graftombe is onderdeel van het kloosterleven wat heeft plaatsgevonden in het Kloosterhuis. In 1874 vestigde zich tien Redemptoristennen vanuit Partij nabij Wittem (Zuid-Limburg) in het huidige Kloosterhuis. Zij werden als snel vergezeld door zusters en novicen elders uit het land. Over een tijd van ongeveer 14 jaar werd het Kloosterhuis drie keer uitgebouwd. De eerste verbouwing betrof de kloostervleugel aan de woning van de ouders van pater Peters in Sambeek in de tuin richting de Torenstraat. Door armoede in het klooster stierven enkele zusters vroegtijdig en werd er, zoals gangbaar was, in de nabijheid van de tweede aangebouwde vleugel een kloosterkerkhof aangelegd. Toen het kerkhof bij de bouw van de laatste kloostervleugel in 1888 te dicht bij de keuken en de refter kwam te liggen kwam de wens van de Redemptoristennen voor een grafkelder. De Redemptoristennen kennen in Scala (bakermat van de Redemptoristen in Italië) en Partij (eerste Klooster in Nederland van de Redemptoristennen) een grafkelder. Dit is een gemetseld gebouwtje waar de overledenen hun laatste rustplaats hebben. In april 1894 werd toestemming aan de gemeenteraad gevraagd om deze grafkelder te bouwen. Na goedkeuring is direct begonnen met de bouw van de grafkelder; deze was half juni 1894 klaar. Op 27 maart 1895 is de grafkelder ingezegend door monseigneur Wulftingh, waarbij moeder-overste, de 12 oudste zusters en de kosteres aanwezig waren. |
|
Interieur: De eenvoudige bakstenen grafkelder heeft een rechthoekig plattegrond. Het bestaat uit een enkel treden onder het maaiveld gelegen centrale hal onder flauw zadeldak. Aan de noordelijke zijde is de kelder toegankelijk via een vleugelpoort met bovenlicht die bestaat uit vier spitsbooglichten. De hardstenen trap leidt naar het interieur dat een balkenplafond heeft. Op de wand recht tegenover de trap is een Christus weergegeven genageld aan het kruis, zonder het kruis. De wanden links en rechts van de hal bevatten drie rijen van elk vijf nissen (in het totaal 30). De overledene werd met de kist in deze nissen geschoven die vervolgens werden dichtgemetseld. Voor de nis kwam een afdekplaat waarop de gekozen kloosternaam van de zuster, de sterfdatum, haar leeftijd en het aantal jaren van professie staat vermeld. Enkele van deze platen zijn nog in de kapel aanwezig. Aan de westelijke en oostelijke zijde heeft de grafkelder een lagere uitbouw onder platdak. De noordelijke gevel is een eenvoudige lisenengevel met tandlijst en segmentbogige blindvensters. |
Anthonius- en Nicolaaskapel
Gegevens Adres: Groeningsestraat 19, Groeningen |
Contactpersoon KvhG: Dymph Gerritsen |
Achtergrondinformatie: Groeningen is gebouwd in de vorm van een driehoek, dit is een kenmerk voor een oud-frankisch dorp. Langs de beide spits toelopende zijden van de driehoek zijn de boerderijen van de voornaamste boeren gebouwd. Het middelpunt van het dorp is een driehoekig plein. De kapel was en is nog steeds het middelpunt van de Groeningse gemeenschap. Het koorgedeelte van de kapel dateert uit de 15 e eeuw, het kerkdeel werd er later tegenaan gebouwd. Groeningen is geen zelfstandige parochie, de pastoor van Sint Anthonis is rector van de kapel. In het verleden was er een heel sterke binding tussen de kapel en het gilde van Groeningen. Het gilde beheerde namelijk de financiën van de kapel en dit is misschien wel uniek voor geheel Brabant. De patroonheilige van de kapel en daarmee van Groeningen is Sint Antonius met het varken. |
|
Interieur: Gezien de Anthonius en Nicolaaskapel nog in gebruik is voor speciale diensten en trouwerijen is het interieur bewaard gebleven en stationair. Het grootste deel van het interieur bestaan uit kerkbanken, maar de kapel wordt vooral gekenmerkt door zijn religieuze kunstwerken die hieronder met hun plaatsing beschreven worden: In de kapel staat het houten beeld van de patroonheilige St. Anthonius aan de linkerzijde van het altaar. Aan de rechterzijde staat het beeld van de patroonheilige van de parochie, de heilige Laurentius. In het schip links vindt men een stenen beeld van Maria met rechts van haar Jozef. In het midden staat links de Moeder van Smarten en rechts Maria Theresia. Voor het koor staan de houten beelden van St. Anthonius en St. Nicolaas die vervaardigd werden door H. Creemers uit Groeningen zelf. Het hoofdaltaar is van hout in barokke stijl, niet geheel origineel meer, maar daar wordt aan gewerkt. De gebrandschilderde ramen zijn in 1950 en 1979 gerestaureerd door Rheis Atelier Flos uit Tegelen. Op het koorraam staat een afbeelding van Caecilia. In het schip aan de rechterzijde St. Anthonius en een raam met de afbeelding van Abraham met Isaak. Het raam aan de linkerzijde toont St. Nicolaas en het raam daarnaast beeldt Mozes in de woestijn uit. |
Koningskerkje
Gegevens Website: http://www.koningskerkje.nl Adres: Spoorstraat 17, Vierlingsbeek |
Contactpersoon KvhG: Jitske van Groenland
|
Achtergrondinformatie: Het koningskerkje is de voormalig hervormde kerk van Vierlingsbeek. Sinds 1997 is het kerkje in gebruik voor culturele activiteiten en als trouwlocatie. De geschiedenis begint in 1611 toen de eerste protestant Hermanus Beventrupfel zich in Vierlingsbeek vestigde. Het kerkje is in jaren die daarop volgenden, verschillende keren opnieuw gebouwd. In 1841 bezocht Koning Willem II Vierlingsbeek die door dominee van Bronckhorst op de hoogte werd gesteld van de bouwvallige staat van de kerk. Als gevolg werd datzelfde jaar besloten dat het kerkgebouw afgebroken mocht worden om een nieuwe kerk te bouwen. Op 8 oktober 1944 werd het huidige kerkje, het zesde gebouw sinds 1648, ingewijd. Tot 1977 is het kerkje gebruikt als hervormde kerk, maar vanaf dat jaar wordt het steeds meer gebruikt voor exposities, concerten en als trouwlocatie. Het kerkje wordt gekenmerkt door een bijzondere sfeer, mooie lichtinval en goede akoestiek. |
Exterieur: De kerk is gebouwd in ambachtelijke-traditionele stijl met neo-classistische elementen en wordt omgeven door een goed onderhouden begraafplaats. |
Interieur: Het koningskerkje wordt gekenmerkt door een donkere marmeren vloer in combinatie met witte muren en hoog op de muur geplaatste grote lichte ramen. Het betreft een grote open ruimte waarin op een preekstoel na geen meubilair aanwezig is. Rechts bij binnenkomst is een trap naar het koor waar het orgel staat, deze ruimte is bij binnenkomst niet zichtbaar. De ruimte wordt voorgegaan door een hoog donker halletje en grote deuren. Het kerkje is ingericht voor exposities met zes wandbespanningen die ervoor dienen om werken op of aan te bevestigen. |
Mariakapel
Gegevens Website: http://www.mariakapel.nl Adres: Kapelstraat 1, Holthees |
Contactpersoon KvhG: Jos Gerritsen
|
Achtergrondinformatie: De kapel van Holthees heeft een lang en bewogen verleden achter zich. In 1464 wordt deze al beschreven als “Capella ten Hout, parochie de Vierlinxbeke”. In 1520 heet de kapel “capella in hole heze”. De devotie van Onze Lieve Vrouw van de Zeven Smarten vindt eveneens reeds zijn oorsprong in de 15e eeuw. Als een jeugdig persoon het Sacrament der Stervenden had ontvangen, trokken de familieleden en buurtbewoners naar de kapel van Holthees. Bij genezing schonk men als teken van dankbaarheid een zilveren schildje of een sieraad. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1569-1648) mochten er in de kapel geen diensten worden gehouden. De kapel werd toen door Kasteel Macken als tiendschuur gebruikt. Later is de kapel door de katholieken in bezit genomen en in 1848 weer voor de godsdienst opengesteld. In 1970 is de kapel op de Rijksmonumentenlijst geplaatst. Tot midden 1995 zijn er in de kapel nog zondagse kerkdiensten gehouden. Nadat het Bisdom ‘s-Hertogenbosch had besloten de kapel aan de eredienst te onttrekken, heeft het Kerkbestuur in 1999 de kapel overgedragen aan de Stichting Mariakapel Holthees en deze is gestart met een grondige restauratie, die mogelijk werd gemaakt door subsidies van Rijksmonumentenzorg en de gemeentelijke overheid. Op 20 en 21 mei 2000 is de kapel weer feestelijk geopend; de devotiekapel werd ingezegend door Mgr. A. Hurkmans, bisschop van ‘s-Hertogenbosch. |
|
Interieur: De expositieruimte van de Mariakapel bestaat uit een ruimte met stenen vloer die in twee treden overloopt naar een wit gemarmerd met gouden accenten voorzien altaarstuk ter eren van Maria. De hoge ramen in de witte muren van de Mariakapel schijnen elk uur van de dag een ander licht op de kapel. De muren worden verder gekenmerkt met nissen die zich recht onder de ramen bevinden. Er is een koor aanwezig in de kapel dat kan worden bereikt via een trap. Het meubilair van de kapel bestaat uit stoelen die in rijen zijn opgesteld, die gemakkelijk kunnen worden verwijderd. |